FESAC Anual Meeting 2010 - Leeds
FESAC 2010, The Royal Armouries, Leeds, UK
De jaarlijkse FESAC (Foundation for European Societies of Arms Collectors) bijeenkomst werd gehouden in een wel heel speciale omgeving, namelijk The Royal Armouries in Leeds (Groot Britannië). Meer over dat museum later, eerst de bijeenkomst. Deze bestond uit een vergadering en een culturele dag.
Bron: VNW MAGAZINE WAPENFEITEN
De vergadering vond plaats op vrijdag 4 juni en besloeg de hele dag. Zaterdag was de culturele dag en die bestond uit een drietal interessante voordrachten, georganiseerd door het museum, over diverse aspecten van wapens, met daarna de mogelijkheid tot sluitingstijd vrij rond te dolen in het museum.De vergadering werd voorgezeten door Stephen Petroni uit Malta, die dat al weer enige jaren uitstekend doet. De agenda bestond uit de gewone zaken zoals de notulen van de vorige vergadering, actiepunten en verslagen van de verschillende landen. Er blijken nogal wat landen, zoals Zweden, Portugal en Spanje, hun interesse in FESAC terug te draaien, deels door de hoge kosten van de bijeenkomsten en deels door een gebrek aan resultaten. Aan de andere kant heeft FESAC op een erg effectieve manier geholpen bij het voorkomen van een draconische wet in Roemenië, één van de recent toegetreden landen. Een aantal landen, vooral uit Oost Europa, heeft aangegeven lid te willen worden. Dat is een goede zaak. De landen die hun twijfels hebben zullen worden benaderd door de voorzitter, in samenwerking met adviseurs die met die landen bekend zijn.
FESAC is bij een aantal internationale bijeenkomsten vertegenwoordigd geweest door de voorzitter of door de heer Quireyns uit België. Het is de bedoeling om, als FESAC, lid te worden van WFSA (World Forum on the Future of Sport Shooting Activities) een van de weinige NGO’s (Non Governemental Organisation) die op internationaal niveau toegang heeft tot EU en UN vergaderingen. Het probleem is dat het lidmaatschap € 3000 kost en dat is bijna het volledige budget van FESAC. Er moet dus extra geld komen. Bob Brooker, waarnemer en adviseur van de NRA (en lid van de VNW), heeft uit privé fondsen een deel toegezegd. Uw voorzitter heeft beloofd om binnen ons bestuur te kijken of hier wat aan bijgedragen kan worden. De WFSA is een belangrijke ingang voor de verzamelwereld naar de internationale organisaties die meer en meer de dienst uit gaan maken in wapenwetland. Een organisatie als FESAC heeft nog steeds veel te weinig kracht om dat op eigen stoom te kunnen.
Naast alle landenrapporten, die weliswaar interessant zijn maar vaak voor ander landen niet echt van belang, werd op initiatief van de Nederlandse vertegenwoordigers de structuur van FESAC aangekaart. Helaas bleef erg weinig tijd aan het eind van de vergadering over om dit goed te behandelen. Wat is het geval? Op dit moment is ieder land in de Board vertegenwoordigd met één lid. Die is afkomstig uit (minimaal) één vereniging binnen dat land. Dat geeft bij landen met meerdere verenigingen het probleem dat niet alle verenigingen zich vertegenwoordigd voelen. Om dit op te lossen is door Nederland voorgesteld om niet landen maar organisaties lid te maken of om het stemrecht te verdelen over de verschillende organisaties (verenigingen) van een land. Door gebrek aan tijd is de discussie hierover in de kiem gesmoord en is voorgesteld dat België, in de persoon van Frank Rodijns, een voorstel hiervoor gaat maken en dat dit in het komende jaar onder de leden van FESAC verspreid en bestudeerd wordt. We hopen als VNW dat hier iets zinvols uit komt want de huidige situatie doet geen recht aan de naam van FESAC, namelijk een stichting/federatie van organisaties, niet één van landen, en doet geen recht aan de meerderheid van de verzamelaars in sommige landen. Een betere, democratischere structuur is zeer gewenst. Misschien dat de landen die het nu laten afweten dan ook weer actief worden.
Op zaterdag was het tijd voor cultuur, geschiedenis en genieten. De voordrachten waren voor elk wat wils, variërend van harnassen uit de tijd van vroege vuurwapens, de zogenaamde Munitions Armours, tot vroege mitrailleurs in Britse krijgsdienst . Na dat alles werden we losgelaten op één van de leukste moderne-wapen musea die het mijn plezier was te bezoeken.
The Royal Armouries vinden hun oorsprong in The Tower of London, jarenlang de plek waar hand(vuur)wapens voor het Britse leger gemaakt en opgeslagen werden. In later jaren was het als museum van zowel wapens als de kroonjuwelen in gebruik. Wat de Britten heeft bezield om de wapenverzameling naar het noorden te verplaatsen wordt met allerlei prachtige smoezen omkleed maar het politiek niet correct zijn van wapens heeft er ongetwijfeld een grote rol in gespeeld. Gelukkig is het in Leeds toch goed gekomen: Er staat een prachtig museum met een divers aanbod aan opstellingen. Het museum is speciaal voor dit doel gebouwd in een gedeelte van de stad dat voor die tijd aan het verpauperen was. Daar is nu geen sprake meer van. Moderne hotels, winkels, parkeerplaatsen en uitgaansgelegenheden zijn rond het museum gegroeid waardoor een mooi geheel is ontstaan. Het museum zelf heeft als markantste kenmerk het enorme trappenhuis, met daarin de Tower of Steel. Dat is een achtkantige wand die de hele hoogte van het museum beslaat en die helemaal volhangt met staal; wapens van staal uiteraard. Van beneden uit is die wand door middel van prisma's te bekijken en vanaf de trap zijn er op allerlei hoogtes doorkijkjes waardoor de wapens van dichtbij te bestuderen zijn. Sensationeel noemen doet aan de ervaring van deze toren niets tekort. De rest van het museum doet voor de toren niet onder. Er zijn ruimtes gecreëerd die aansluiten bij hetgeen getoond wordt. De hal waarin je binnenkomt heeft net als de Tower of Steel de volle hoogte van het gebouw. Op de eerste verdieping kijk je aan tegen een ridder op een paard in volle uitrusting, met daarboven een jager die vanaf een howdah op een olifant schiet op een tijger die bezig is de slurf van de olifant te beklimmen. Ja, ook jachtwapens zijn goed vertegenwoordigd in dit van oorspong toch meer militaire museum. De Middeleeuwen zijn goed vertegenwoordigd met levensgrote voorstellingen van, bijvoorbeeld, wat voetvolk dat zich tegen een ridder teweer stelt. Ook aan oosterse wapens wordt een grote zaal geweid. De Knoppen van diverse krissen waren daar echter verkeerdom gemonteerd. Niet een Britse kolonie dus we moeten het ze maar vergeven. Militaire wapens door de eeuwen zijn te zien in de context van de oorlogen waar ze een rol in speelden. Ook de moderne tijd met wapens in onze samenleving wordt niet gemeden. Dat deel van het museum is hier en daar wat politiek correct. De wapens die zo tentoongesteld waren dat het publiek er misschien bij kon, zoals die olifant en de ridders op paard, waren veelal replica's. Verder waren er wat kleine fouten in de bijschriften bij de wapens. Kleine details die iedere verzamelaar in ieder museum wel aantreft in een verder fantastisch museum. De reis naar het verre Leeds zeker waard.
Foto 1: Het dagelijks bestuur van FESAC, v.l.n.r. Albrecht Simon (Duitsland) vice Voorzitter, Stephen Petroni (Malta) Voorzitter, Hanny Spruyt (Nederland) Secretaris. De Penningmeester Pit Kaiser uit Luxemburg was helaas door ziekte verhinderd.
Foto 2: De vergadering tijdens een pauze.
Foto 3: Ken Hocking, de man die samen met zijn vrouw Sheila de bijeenkomst georganiseerd had. Chapeau!
Foto 4: De hal met een ridder en erboven de jachtscène met olifant en tijger.
Foto 4a: De ridder in de hal, van dichtbij
Foto 4b: De jachtscène met olifant, tijger, jager en mahout. Wapens (en dieren) zijn replica's.
Foto 5: De "Tower of Steel" een achtkantige muur vol met wapens.
Foto 6: Diezelfde Tower of Steel, gezien door het prisma op de begane grond dat een stijve nek voorkomt.
Foto 7: Hoe stop je een bereden ridder? Met lans en vuurwapen
Foto 8: Een wonderschone rapier
Foto 9: Hoe stel je kruisbogen tentoon? Ze eenvoudigweg ophangen als vliegtuigen. Mooie manier!
Foto 10: Een lange afstands wedstrijdgeweer van Alex Henry uit Edinburgh, met een Daniël Fraser kolf. De beide geweermakers konden goed met elkaar overweeg, wat uit dit geweer wel blijkt.
Foto 11: Een 'duck punt' waarmee met voorzichtig peddelen grote groepen waterwild belaagd werden met grootkaliber hagelgeweren. Vaak gebruikt door broodjagers maar ook door enthousiaste amateurs. Wildfowling zoals de waterwildjacht in Engeland heet, is daar nauwelijks gereguleerd en daardoor erg populair.
Foto 11a: De bascule van een puntgun. Is dit grootkaliber of niet? Er zijn kanonnen die kleiner zijn.
Foto 12: De Gatling in een aantal varianten van toen tot nu.
Foto 13: Mechanische mitrailleurs. Gedurende een periode in de negentiende eeuw was dit het neusje van de zalm.
Foto 14: Wat je met moderne wapens ook kunt doen.
Foto 15: Een moderne schermer met elektrisch vest en sabel. Een treffer wordt door contact tussen wapen en het geleidende vest geregistreerd. Geen gevecht tot 'het eerste bloed' meer, zoals vroeger in duels.